Strafrechtadvocaat-Ede
onderdeel van Advocatenkantoor Altena
In onderstaande is aangegeven hoe een strafzitting verloopt indien er geen incidenten zijn. Een incident kan zijn het horen van een getuige of een deskundige of het voorlezen
van een slachtofferverklaring.
Opening
Nadat
een
verdachte
heeft
plaatsgenomen
op
de
voor
hem
bestemde
plek
in
de
zittingszaal
en
dat
is
veelal
in
het
midden
recht
tegenover
de
rechter
(s),
zal
de
rechter
aan
de
verdachte
vragen
naar
zijn
identiteit.
De
rechter
vraagt
dan
naar
de
naam
van
de
verdachte,
diens
geboortedatum
en
het
adres
waar
hij
woont.
Vervolgens
zal
de
rechter
aan
de verdachte mededelen dat hij goed moet opletten wat er wordt gezegd en dat de verdachte niet verplicht is om te antwoorden.
Voordracht door officier van justitie
Vervolgens
vraagt
de
rechter
aan
de
officier
van
justitie
om
de
zaak
voor
te
dragen.
Dat
betekent
dat
de
officier
van
justitie
de
tenlastelegging
in
beknopte
zin
zal
voorlezen.
De
tenlastelegging
is
een
ander
woord
voor
“de
aanklacht”
en
valt
te
lezen
in
de
oproepbrief
om
te
verschijnen
voor
de
rechter.
Een
ander
woord
voor
oproepbrief
is
een
dagvaarding. Mocht door een benadeelde partij ook nog een vordering zijn ingediend (schadevergoeding) dan zal de officier van justitie dat ook benoemen.
Wat
er
op
de
tenlastelegging
staat
vermeld
is
ter
beoordeling
van
de
officier
van
justitie.
De
tenlastelegging
vormt
wel
de
basis
voor
de
zitting
en
is
eigenlijk
de
agenda
voor
de
rechter. De rechter geeft dus een oordeel over wat er op de agenda staat.
Ondervragen verdachte
Na
de
voordracht
zal
de
rechter
het
aanwezige
dossier
met
de
verdachte
doornemen.
Dat
“doornemen”
dient
een
doel,
namelijk
of
het
feit
waarvan
de
verdachte
wordt
verdacht
en
zoals
genoemd
op
de
tenlastelegging
bewezen
kan
worden
verklaard.
Over
het
algemeen
heeft
een
verdachte
een
verklaring
afgelegd
bij
de
politie.
Die
verklaring
is
terug
te
vinden
in
het
dossier.
De
rechter
zal
dus
vragen
of
die
verklaring
juist
is.
Erkent
de
verdachte
dat
de
verklaring
klopt,
dan
kan
dat
dus
bewijs
vormen
voor
het
feit
waarvan de verdachte wordt verdacht.
Naast
aanwezige
verklaringen
in
het
dossier
zal
de
rechter
ook
vragen
naar
de
persoonlijke
omstandigheden
van
de
verdachte.
De
rechter
zal
dan
bijvoorbeeld
vragen
wat
de
verdachte
in
het
dagelijks
leven
onderneemt.
Daarbij
kan
de
rechter
ook
vragen
naar
de
hooge
van
een
eventueel
inkomen
of
de
aanwezigheid
van
schulden.
Dit
laatste
is
met
name
van
belang
indien
de
rechter
voornemens
is
een
boete
op
te
leggen.
Bij
de
hoogte
van
de
boete
moet
namelijk
waar
mogelijk
rekening
worden
gehouden
met
de
draagkracht van de verdachte. De draagkracht kan er toe leiden dat juist niet een boete moet worden opgelegd, maar bijvoorbeeld een werkstraf.
Als
laatste
zal
de
rechter,
indien
een
reclasseringsadvies
aanwezig
is,
dit
ook
met
de
verdachte
doornemen.
In
deze
reclasseringsrapportage
wordt
vaak
een
strafadvies
gegeven mocht tot een veroordeling worden gekomen.
Requisitoir
Na
het
ondervragen
van
de
verdachte
zal
de
rechter
de
officier
van
justitie
vragen
om
zijn
requisitoir
te
houden.
Dit
is
een
soort
van
pleidooi
van
de
officier
van
justitie.
In
dit
pleidooi
neemt
de
officier
van
justitie
de
tenlastelegging
nog
eens
door
en
geeft
hij
aan
of
het
feit
waarvan
de
verdachte
wordt
verdacht
naar
zijn
idee
bewezen
kan
worden
verklaard.
Vindt
de
officier
van
justitie
het
feit
bewezen,
dan
zal
hij
een
strafeis
formuleren.
Het
is
uiteindelijk
de
rechter
die
bepaalt
welke
straf
-
mocht
hij
het
feit
ook
bewezen verklaren - wordt opgelegd. In uitzonderlijke gevallen kan de officier van justitie de rechter ook vragen om de verdachte vrij te spreken.
Pleidooi advocaat
Nadat
de
officier
van
justitie
zijn
pleidooi
heeft
gehouden,
is
het
aan
de
advocaat
om
het
woord
ter
verdediging
te
nemen.
De
advocaat
zal
in
dat
verband
zich
een
oordeel
vormen
over
de
vraag
of
het
feit
bewezen
kan
worden
verklaard
en
voorts
de
vraag
of
alle
regels
zijn
nageleefd.
De
advocaat
zal
onvolkomenheden
in
het
bewijs
benadrukken,
geschonden
regels
benoemen
en
uiteindelijk
aangeven
of
naar
zijn
idee
het
feit
bewezen
kan
worden
verklaard.
Indien
er
twijfel
is
zal
de
advocaat
aangeven
dat
het
aanwezige
bewijs
niet
overtuigend
is
om
te
komen
tot
een
bewezenverklaring
van
het
feit
waarvan
de
verdachte
wordt
verdacht.
Uiteindelijk
zal
de
advocaat
aandacht
besteden
aan
de
op
te leggen straf, mocht de rechter menen dat de verdachte moet worden veroordeeld.
Laatste woord
Nadat
de
advocaat
het
woord
ter
verdediging
heeft
gevoerd
mag
de
verdachte
als
laatste
het
woord
voeren.
De
verdachte
kan
dan
nog
een
aangeven
wat
hij
er
allemaal
van
vindt of, indien de verdachte het feit bekend, zijn spijt betuigen. De verdachte kan overigens ook afzien van het laatste woord.
Uitspraak
Nadat
de
verdachte
in
de
gelegenheid
is
gesteld
om
het
laatste
woord
te
voeren
zal
de
rechter
het
onderzoek
ter
zitting
sluiten.
Wordt
de
zaak
behandeld
door
een
politierechter
(één
rechter),
dan
geldt
als
uitgangspunt
dat
de
rechter
direct
uitspraak
doet.
De
rechter
zal
de
verdachte
dan
vrijspreken,
ontslaan
van
alle
rechtsvervolging
of
de
verdachte
veroordelen.
In
geval
van
een
veroordeling
zal
de
rechter
ook
direct
de
straf
uitspreken.
Wordt
de
zaak
behandeld
door
de
meervoudige
kamer
(meerdere
rechters) dan wordt over het algemeen niet direct uitspraak gedaan, maar als uitgangspunt twee weken na de zitting.
Contact
Indien
u
wordt
verdacht
van
diefstal,
schroomt
u
dan
niet
om
contact
met
ons
op
te
nemen.
Wij
kunnen
in
overleg
met
u
het
dossier
bij
justitie
opvragen
en
bezien
op
welke
wijze wij u kunnen verdedigen tijdens het strafproces. Het eerste telefonisch contact is altijd gratis.
Op de bovenstaande tekst is een disclaimer van toepassing. Voor nadere informatie
, klik
HIER.
ADRES
Stationsweg 117
POSTCODE
6711 PN Ede
TELEFOONNUMMER
0318 - 26 11 79